Wat vooraf ging.
Een paar maanden terug kwam op de facebookpagina van de Kolibrizeilers de uitnodiging voor de tocht voorbij. Nu kende ik de tocht al wel van naam. Willem van Olst had ik er al wel eens enthousiast over horen praten. Ik had de site al wel eens bezocht en veel verhalen daar over gelezen. De wil om er aan mee te doen was er wel, maar zou ik het redden? Derde week oktober- wat voor slecht weer kan je wel niet hebben en vind ik het dan nog wel leuk?
Toch dit jaar aangemeld met het idee - ik kan terug tot het laatst. Laat het van het weer afhangen. Toen ik vrijdag naar Lelystad vertrok en ook zaterdag. was ik er nog niet van overtuigd dat het met de wind wel goed zou komen. Op een forum eerder die week had ik al mijn twijfel geuit, omdat Windguru toen al heel veel wind voor dinsdag en woensdag aangaf. Frits of Henri reageerde daarop met dat het meestal wel meeviel en windkracht 5 logischer was. Ook het Ziltweerbericht van donderdag was tamelijk geruststellend. Windkracht 5 zou het worden.
Dag 1:
Om 11 uur heb ik toch besloten om te starten. Dus om 12 uur, naar An ut water en inschrijfgeld betaald en de map met instructies gekregen. Daar zaten om mij heen ervaren rotten, maar gelukkig ook meer nieuwelingen. In het palaver wordt het reglement uitgelegd en daar waar nodig ter plekke nog aangepast. Hierna erwtensoep en gaan.
Om 14.00 uur is het een lang lint van schepen, die langs Henri varen om de opdracht op te halen. Dan envelop open en kijken waar ik heen moet. Pampus ronden, de Meep ronden, Lemmer, Oudeschild en Vlieland stempelen. Medemblik is op het laatste moment doorgehaald.
Ik begin maar met Lemmer, ik kom daar haast nooit, maar ik weet wel dat als de wind verkeerd staat, je er niet makkelijk wegkomt en nu gaat dat makkelijk. Ruime wind daarheen, heerlijk zonnetje erbij. De meeste anderen verdwijnen direct richting Den Oever, alleen de Lady A gaat de sluis in. In Lemmer ben ik niet de enige, de Hout van Houd kom ik tegen bij het invaren en de Ienhoorn ligt aan de steiger. Gelukkig had ik mijn vouwfietsje meegenomen, dat was makkelijk om een stempel te scoren en de brief te posten. Vanuit Lemmer richting Den Oever. Met halve wind en ruime wind was dat prima te doen. Even voor Den Oever zie ik nog een schip met ankerverlichting, maar het beweegt wel. Het blijkt om de Troch te gaan. We varen samen op naar Den Oever. Om 23.15 komen we daar aan. Eerst nog op zoek gegaan naar stroom. Via een paar Duitsers, die een heel scala aan kaarten hadden, is het me uiteindelijk gelukt aan stroom te komen.
Dag 2
De volgende dag om 7.18 vaar ik weg, eerst naar de sluis. Daar ligt de Lady A ook. Ik mag al wel gelijk door. Frits moet nog even wachten, tot zijn 8 uur rust vol zijn. Met mooi lopend windje ben ik vertrokken naar Oudeschild; stroom mee. Ter hoogte van de scheidingston naar de Bollen komt de Lady A me al voorbij. Hij gaat ook niet over de plaat en ik twijfelde of ik het wel kon. Ik had geen rekening gehouden met de verhoging. Bij het aftuigen voor Oudeschild, dachten de weergoden me maar eens een eerste test te geven. Een bak water naar beneden en even windkracht 6 over het dek. Niet leuk. Oudeschild binnengelopen en weer sloeg vertwijfeling toe. Ga ik wel verder…? Daar lagen ook de Jac, de Megusta en de Trogh. Gerard van de Jac en Hielko van de Megusta gaan naar Vlieland en Eelko is van plan eerst de Meep nog mee te pakken. Kort nadat ik er lig, zie ik de LadyA al weer vertrekken. Ik doe er twee uur over om te besluiten om weer weg te varen. Om kwart voor 12 ga ik weer met dubbel gereefd grootzeil. Stroom mee en wind mee, dat ging als een speer. In het eerste deel tot aan het Scheurrak maakte ik nog wel een flinke zwieper. Ik probeerde iets aan het zeil te doen en een vlaag pakt de boot beet, de stuurautomaat weet er geen raad mee. Snel ga ik weer zitten en besluit om de high aspect toch maar een stukje in te rollen. Om 1 uur draai ik het Scheurrak in. De boot gaat hard, hoogst gemeten 11,4 knoop, en dat voor een 8 meterbootje. De Troch vaart achter mij aan op zichtafstand. Anderhalf uur later ben ik bij het Inschot. Op naar Vlieland. Af en toe wordt de wind wat minder en ik zit nog te denken om toch eerst de Meep te doen. Maar uiteindelijk doorgevaren. Als ik boven de Richel heen vaar naar Vlieland, ben ik erg blij dat ik zo besloten heb.
De wind neemt toe, het is kruisen daar en ik ben wel een uur bezig om voor de haveningang te komen. In de aanloop komt Hout van Houd me tegemoet. In de haven kom ik erachter, dat er geen stootwillen hangen. In de haven is daar eigenlijk geen ruimte voor. Met de harde wind durfde ik het niet aan om op de automaat varend dit te doen. De boot is vrij licht en met mijn gewicht verplaatsend over het dek verandert de vaarrichting te snel en de haven is overal smal. Dus opnieuw naar buiten en de boot landingsklaar gemaakt. Afgemeerd, de buurman in de haven kwam snel helpen, toen hij dacht, dat zijn boot als stootkussen gebruikt werd. (Dank buurman). Om 18.00 lag ik afgemeerd en wel. Even later komt de Jac ook binnen en het Verzameld Werk van Juul komt ook aan dezelfde steiger. In de haven kom ik ook nog tegen, de Lady A, Trogh (Eelko heeft het dus wel gered), Nirwa en de Megusta. De mannen vragen later of ik nog mee ga eten, maar ik was net bezig zelf wat te maken.
Dag 3:
Na een lange nacht, waarin het wel hard waaide, krijgen we mooie ochtend. Ik spreek de mannen van de steiger en hoor dat zij de strijd opgeven en naar het IJsselmeer vertrekken. (Goed dat ik niet mee ben gaan eten, dan had ik ook door die gedachte bevangen kunnen raken.) Om 10 uur vertrek ik weer uit de haven (wederom bedankt buurman) en ga richting de Meep. Hier ben ik nog nooit geweest. Bij het uitvaren word ik gevolgd door de Nirwa. Bij de ingang van de Meep zwaai ik nog naar een andere Shzeiler, die ik niet herkend heb.
Ik kies er voor om eerst de ZuidMeep te doen, omdat ik verwacht in de NoordMeep meer ruimte te hebben om de slagen te maken. Het loopt niet lekker, voor de wind, maar stroom tegen, een fok die klappert, maar waar ik geen boom in wil zetten. Dus uiteindelijk op alleen grootzeil naar de scheidingston. Om 13.05 gerond en kruisend, klein stukje fok bij en voortdurend 20 tot 25 knopen wind terug naar de Vliestroom. Dat gaat in het begin heel lekker. Zo hard, dat ik bang was te vroeg te komen om het Zuidoostrak te kunnen passeren. In de WestMeep via de Brandaris waterstand opgevraagd en blijkt dat er 50 cm verhoging is. Heel snel daarna hoefde ik me over de tijd al minder zorgen te maken. De stroom kwam tegen te staan en ik kwam haast niet meer vooruit. Heel wat slagen moeten maken om in de Vliestroom te komen. Hier de stroom weer mee en deze was net bezeild. Ik kwam precies om half 6 bij de ingang van het Zuidoostrak. Gelukkig was het nog licht, dat maakt het zoeken naar die spaarzame groene tonnen makkelijker. Ruim voldoende water inderdaad. Nergens minder dan een halve meter. Nu door naar de sluis. Hier was ik om half 7. Er komt van Harlingen nog een zeilboot, dit blijkt later om de Aurelvic van Klaus Meess te gaan. Bij het aanmeren in de sluis merk ik wel, dat hij een goed accupakket en een sterke boegschroef heeft, die moest werken!!. Voordeel van een handzaam bootje , je vaart langs een de kant en legt tegelijkertijd een voor en een achterlijn uit en je bent klaar. Die 1500 kg hou je makkelijk in bedwang.
Op het IJsselmeer aangekomen, eerst maar eens een sanitaire stop houden.Nadat ik voor een grootdeel uitgepakt ben, begint het ineens met bakken uit de hemel te komen (had er daar ook een hoge nood) niet alleen regel, maar zo te voelen ook lichte hagel en gierende wind, nog heel even 28 knopen.Wie heeft de voorspelling gemaakt voor windkracht vier tot vijf op het IJsselmeer?? Uiteindelijk alles geregeld, weer een voorzeil erbij en halve wind naar het zuiden. De Aurelvic vaart alleen op de fok, die haal ik in. Wordt nog wel even aangeschenen door een vissersschip (denk ik), Hem had ik in ieder geval niet gezien, andersom wel, gelukkig maar (al had ik op dat moment nog wel de verkeerde navigatielichten). Waar ga ik heen? Ik twijfel tussen Stavoren en Enkhuizen. De wind draait in de loop van de avond naar Zuid west, dus aan de wind verder. Uiteindelijk kies ik voor Enkhuizen. Daar ligt de haven in de luwte en is het de volgende dag wegvaren en zo de sluis in. Om precies 24.00 vaar ik de haven in. Ik ben al verder gekomen dan ik misschien wel verwacht had van te voren. Maar voor de volgende dag wordt er wel erg heftig weer voorspeld.
Dag 4
Om 7 uur de wekker. Het waait ook in de haven al hard. Spreek nog een van de mannen van het werkschip en als die hoort van mijn plannen zegt hij: “Jij liever dan i - heb je geen weerbericht gehoord?”. Klopt, niet gehoord, maar wel gelezen. Tijdens het wachten voor de sluis besluit ik nog even mijn brandstoftank bij te vullen..(heb geen meter, maar er kon in ieder geval 10 liter bij in een 15 litertank, dus niets te laat met vullen). De sluis uit en grootzeil omhoog. Dit was voor het eerst dat ik stond te hijsen met meer dan 25 knopen wind en regen. Pampus is niet bezeild, het wordt kruisen. Op dat moment besluit ik om de strijd op te geven en naar de thuishaven Blocq van Kuffeler te gaan. Dat is dezelfde richting uit, maar iets minder ver. Het waait voor mijn doen hard tot zeer hard. Kruisend met regen, wind van 25 tot 33 knopen (de eerste keer, dat de windmeter terecht in zijn alarmstand ging) naar het zuiden. Voortdurend water over je heen van boven of van onder. Met zulke tochten benijd ik de mensen die wel een buiskap hebben om achter te schuilen. Ik krijg alles over me heen. Maar het bootje houdt zich prima en ik voel me ook prima. Wel wat koud, omdat zeilpakken bij voortdurende onderdompeling toch ook niet waterdicht zijn. Ik denk dat een lange schaatstocht maken of een bergbeklimmen ook zo iets heeft, het is onderweg niet altijd leuk, maar als je dan uiteindelijk toch komt waar je wezen wilt, dan geeft dat wel voldoening. Dat voel ik ook als ik om 2 uur de laatste lijn vastmaak in box in de thuishaven. (Gelukkig bij het afmeren even een moment van minder wind en geen regen, waarvoor dank.)
Slot:
Al met al 4 heerlijke zeildagen gehad. Dit was voor mij duidelijk grensverleggend. Wat was ik met dat slechte weer heel erg blij met mijn plotter en mijn wind(richting)meter. Je hoeft niet naar boven en maar af en toe naar voren te kijken om te weten of het goed gaat. Dat scheelt heel wat water in je gezicht. Een volgende keer ga ik wel mijn eten onder handbereik beter regelen. Nu had ik genoeg aan boord, maar ik kon er niet altijd goed bij en zeker als je zo nat bent, wil je niet al dat water ook in je kajuit hebben. Verder gewoon super om een keer meegedaan te hebben.
Henri bedankt voor de organisatie. Collega SH zeilers, volgers op Facebook, Kolibrizeilers, allemaal bedankt voor jullie steun en enthousiasme. Mijn twijfels over het weer voor aanvang waren terecht. Er kwam veel wind en ook regen, maar ik ben toch blij dat ik gestart ben. Ik hoop dat ik in een volgende versie de tocht zal uitvaren, weer een onderwerp voor de : to-do list.
Ad Groeneveld
Dulcinea
Kolibri 800